Hartspierziekte: Cardiomyopathie en restrictieve cardiomyopathie

Kat wordt vastgehouden door de dierenarts

Cardiomyopathie is een term die verwijst naar ziekten van de hartspier. Deze aandoeningen kunnen leiden tot verminderde hartfunctie en andere cardiale problemen.

Binnen de groep van cardiomyopathieën is restrictieve cardiomyopathie een specifieke vorm die wordt gekenmerkt door stijve hartkamers die hun vermogen om adequaat uit te zetten en te vullen met bloed verliezen.

Hoewel beide aandoeningen invloed hebben op de werking van het hart, verschillen hun oorzaken, symptomen en behandelingen.

In dit artikel duiken we dieper in de wereld van hartspierziekten, met speciale aandacht voor de kenmerken en uitdagingen van cardiomyopathie en restrictieve cardiomyopathie.

De hartspierziekte cardiomyopathie

Cardiomyopathie bij katten verwijst naar aandoeningen waarbij er een afwijking van de hartspier (myocard) is. Er zijn verschillende vormen van cardiomyopathie die bij katten kunnen voorkomen.

De meest voorkomende vorm is hypertrofische cardiomyopathie (HCM), waarbij een deel van de hartspier verdikt is. Deze verdikking kan zich vooral in het septum bevinden.

Deze hypertrofie kan erfelijk zijn en kan leiden tot complicaties zoals hartfalen en ritmestoornissen bij de kat.

Een andere vorm die katten kan treffen is dilaterende cardiomyopathie (DCM), waarbij er een verwijding van de hartkamers optreedt, waardoor het hart minder efficiënt bloed kan pompen.

Restrictieve cardiomyopathie (RCM) is zeldzamer bij katten. Bij deze vorm wordt het hartspierweefsel stijver, wat de ontspanning van de hartventrikels bemoeilijkt. Dit kan symptomen veroorzaken zoals benauwdheid en hartfalen.

De behandeling en prognose zijn afhankelijk van de specifieke vorm van cardiomyopathie en de ernst van de aandoening bij de kat.

Medicatie zoals diuretica kan worden voorgeschreven, en in sommige gevallen kunnen andere behandelingen nodig zijn.

Echocardiografie is een cruciale tool voor de diagnose en het volgen van de behandeling bij katten met cardiomyopathie.

Oorzaken van restrictieve cardiomyopathie

Bij katten is restrictieve cardiomyopathie (RCM) minder gebruikelijk dan andere vormen van cardiomyopathie, zoals hypertrofische cardiomyopathie. Desondanks kan RCM wel voorkomen.

Hier is een overzicht van mogelijke oorzaken van restrictieve cardiomyopathie bij katten:

  • Idiopathisch: In veel gevallen is de precieze oorzaak van RCM bij katten niet bekend.
  • Endomyocardiale fibrose: Dit is een proces waarbij littekenweefsel zich opstapelt in de wanden van het hart, waardoor het stijver wordt.
  • Inflammatoire aandoeningen: Chronische ontstekingen in het hart kunnen leiden tot verstijving van de hartspier.
  • Virale infecties: Bepaalde virussen kunnen myocarditis (ontsteking van de hartspier) veroorzaken, wat kan leiden tot RCM.
  • Systemische ziekten: Sommige ziekten die andere delen van het lichaam beïnvloeden kunnen secundaire effecten op het hart hebben.
  • Tumoren: Hoewel zeldzaam, kunnen tumoren in of rond het hart invloed hebben op de hartfunctie en RCM veroorzaken.
  • Toxinen: Bepaalde gifstoffen of geneesmiddelen kunnen het hart beschadigen en bijdragen aan RCM.
  • Genetische predispositie: Hoewel niet volledig begrepen, kunnen sommige katten een genetische aanleg hebben voor hartziekten, inclusief RCM.

Symptomen van restrictieve cardiomyopathie

Hier is een overzicht van mogelijke symptomen van restrictieve cardiomyopathie bij katten:

  • Verminderde eetlust of anorexia
  • Lethargie of verminderde activiteit
  • Snelle of moeilijke ademhaling (dyspneu)
  • Borstademhaling of open-mond ademhaling
  • Vergrote buik door vochtophoping (ascites)
  • Plotse verlamming van de achterpoten (door trombo-embolie)
  • Zwakte of instorting
  • Verhoogde hartslag
  • Onregelmatige hartslag
  • Flauwvallen of syncope
  • Onvermogen om te oefenen of verminderd uithoudingsvermogen
  • Veranderingen in gedrag of verwardheid
  • Plotse dood in ernstige gevallen

Behandeling van restrictieve cardiomyopathie

Behandeling van restrictieve cardiomyopathie bij katten vereist een grondige klinische evaluatie en diagnose.

Restrictieve cardiomyopathie komt minder vaak voor bij katten en is te herkennen aan het feit dat de hartspier niet goed kan ontspannen, wat leidt tot minder bloed in de hartkamer en uiteindelijk hartfalen.

De onderliggende oorzaak kan variëren, van aangeboren factoren tot aandoeningen als amyloïdose en sarcoïdose.

Een accurate diagnose kan gesteld worden met methoden als echocardiografie, waarbij gekeken wordt naar de ventrikels van het hart.

Een vergroot hart, verdikte hartspier, of milde tot ernstige verwijding, vooral in de rechterventrikel, zijn enkele indicaties. Een hartkatheterisatie kan ook worden gebruikt als basis voor diagnose of behandeling.

Behandelingen verschillen per persoon, en het doel is om klachten te verminderen en verdere schade aan het hart te voorkomen.

Medicijnen zoals ACE-remmers kunnen worden voorgeschreven om de ventrikels beter te laten openen en sluiten, waardoor er per slag minder bloed stroomt en het hart beter kan samentrekken.

Bij ernstige ritmestoornissen kan een pacemaker noodzakelijk zijn om het hart ritmisch te laten kloppen. In zeldzame gevallen, wanneer de cardiomyopathie meestal onbehandelbaar is, kan een harttransplantatie overwogen worden.

Het is belangrijk op te merken dat het verloop van restrictieve cardiomyopathie moeilijk te voorspellen is en kan variëren van mild tot zeer ernstig.

Als eigenaar is het essentieel om regelmatig check-ups met een dierenarts te hebben om de gezondheid van het hart van je kat te monitoren en tijdig in te grijpen wanneer nodig.

Kat bij dierenarts

Oorzaken van cardiomyopathie

Cardiomyopathie kan vanaf de geboorte aanwezig zijn vanwege een genetische predispositie. In zulke gevallen betreft het een erfelijke aandoening.

Om erfelijkheid te onderzoeken kan men gebruikmaken van methoden zoals DNA-onderzoek. Echter, een hartspierziekte kan ook later ontstaan wanneer het hart gedurende langere tijd onder grote belasting staat.

Oorzaken van cardiomyopathie bij katten:

  • Genetische predispositie: Sommige rassen of families van katten kunnen een hoger risico hebben op het ontwikkelen van cardiomyopathie.
  • Hypertensie: Hoge bloeddruk kan leiden tot verdikking van de hartspier.
  • Hyperthyroïdie: Een overactieve schildklier kan bijdragen aan hartziekten.
  • Infecties: Virale of bacteriële infecties kunnen ontsteking van de hartspier veroorzaken.
  • Voedingstekorten: Bijvoorbeeld een tekort aan taurine, een essentieel aminozuur voor katten, kan cardiomyopathie veroorzaken.
  • Giftige stoffen: Blootstelling aan bepaalde toxines of medicijnen kan het hart beïnvloeden.
  • Idiopathisch: In sommige gevallen kan de oorzaak van cardiomyopathie onbekend zijn.
  • Ouderdom: Net als bij mensen kunnen de harten van oudere katten soms minder goed werken.
  • Systemische ziekten: Andere ziekten, zoals nierziekte, kunnen indirect het hart beïnvloeden.

Symptomen van cardiomyopathie

Onderstaand vind je een lijst van mogelijke symptomen van cardiomyopathie bij katten:

  • Kortademigheid of verhoogde ademhaling.
  • Verminderde eetlust en gewichtsverlies.
  • Lusteloosheid of verminderde activiteit.
  • Verhoogde hartslag of een onregelmatige hartslag.
  • Plotselinge verlamming of pijn, vaak door een trombo-embolie (bloedstolsel).
  • Hoesten, hoewel dit bij katten minder vaak voorkomt dan bij honden.
  • Uitgestrekte houding met de nek en kop naar voren, vooral tijdens ademhalingsmoeilijkheden.
  • Verborgen symptomen: Sommige katten vertonen geen duidelijke tekenen tot de ziekte verder gevorderd is.
  • Flauwvallen of plotselinge inzinking, vooral na inspanning.
  • Zwelling of vochtophoping in de buik.
  • Koude poten of oren, wat kan duiden op een verminderde bloedcirculatie.
  • Moeilijkheden met lopen, met name achterpoten, als gevolg van trombo-embolische gebeurtenissen.
  • Veranderd hartgeluid bij het luisteren met een stethoscoop.

Behandeling van cardiomyopathie

Afhankelijk van de vorm en ernst van de cardiomyopathie kan de behandeling bestaan uit medicatie om het hart efficiënter te laten pompen, vochtophoping (oedeem) te verminderen en hartritmestoornissen te beheersen.

Diuretica kunnen worden voorgeschreven om overtollig vocht te verwijderen, terwijl ACE-remmers of bètablokkers kunnen helpen bij het verbeteren van de hartfunctie.

In ernstigere gevallen waarin medicatie alleen onvoldoende is, kunnen meer invasieve procedures of behandelingen, zoals het plaatsen van een pacemaker, worden overwogen.

Het is ook essentieel om de onderliggende oorzaak of triggers te identificeren, zoals hoge bloeddruk of hyperthyreoïdie, en deze aan te pakken.

About The Author

Leave a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *